Michel Hanssen: “Toen mijn arts zei: geen toegevoegd zout meer, was het voor mij heel duidelijk. Het zout kon de deur uit en zoute producten komen er niet meer in. Ik zal niet beweren dat dat makkelijk was of dat ik direct alle oplossingen paraat had. Maar geen zout is geen zout, die duidelijkheid kan toch prettig zijn.
Je smaakpapillen passen zich het snelst aan, wanneer je het zout in één keer kunt afzweren. Dat is onderzocht en er wordt nog meer onderzoek naar gedaan, omdat het belangrijk is voor de volksgezondheid. Uit ervaring kan ik zeggen: wennen aan zoutloos eten duurt een week of 6. Net als je denkt dat het eten nooit meer écht lekker zal zijn, wordt het beter. En dan begint het plezier, want je proeft ineens veel meer. Je gaat echte, pure smaken proeven die voorheen door een overmaat aan zout gemaskeerd waren.
Aan de andere kant: uit onderzoek blijkt ook dat geleidelijk minderen met zout vrijwel ongemerkt kan. Als je de keuze hebt, is dat misschien toch een prettige optie. Zo werkt gewenning: eet langzaam minder zout en je vindt dat vanzelf lekkerder. Als je er heel bewust mee omgaat en consequent steeds iets minder zout toevoegt, dan eet je binnen enkele maanden moeiteloos gezonder. Een grappig voorbeeld is dat brood in de afgelopen jaren 21% minder zout is geworden, zonder dat iemand daar ook maar iets van heeft gemerkt. Omdat het geleidelijk ging.”